Henry Eduard Ceder – Parbode Sneak Peek
Kort voor zijn heengaan kreeg hij van de Surinaamse regering de onderscheiding Commandeur in de Ere-Orde van de Gele Ster. Daarmee werd hij van officiële zijde voor zijn werk gewaardeerd. Ceder was bekend als ondernemer en artiest. Samen met onder anderen Clifton Braam heeft hij gewerkt aan de oprichting van de Surinaamse Artiesten Vereniging Suriname, met als doel hun rechten te beschermen. In zijn eethuis Amaranta aan de Zwartenhovenbrugstraat, waar hij vaak zelf maaltijden bereidde, stonden behalve eten, zang en muziek centraal. Verschillende jongeren zijn hier onder zijn leiding aan een succesvolle carrière in de showbusiness begonnen. Ryan Stephan weet er alles van. “That moment where it all began. Crowned karaoke king and the next thing I knew: performing non-stop. Henry Ceder you are missed and even more as you were like a father to us.”
Een bemoedigend woordje of advies van coach Ceder was niet zeldzaam. In de muziekwereld in zowel Suriname als Nederland heeft hij ruim zijn sporen verdiend. Als jongeman en toen leerling van de Algemene Middelbare School begon hij te zingen tijdens verschillende songfestivals van Peace Forever in Suriname. Toen sleepte hij al prijzen in de wacht. Hij was oprichter en voorzanger van de kawinaformaties Sukrumaster, Sukrusani en Jong Sukrusani. Twee gouden platen die daarmee gewonnen werden, onderschrijven de kwaliteit die deze groepen neerzetten. Aan beide zijden van de oceaan waren ze enorm populair.
Ceder stond ook aan de wieg van Brotherhood Security, een bekend beveiligingsverblijf in Suriname. Uit sociale bewogenheid gaf Ceder regelmatig iets ‘terug’ aan de samenleving. Zoals schooltassen aan minder bedeelde kinderen om een bijdrage te leveren aan hun ontwikkeling en toekomst. Bonita, zijn vrouw, herinnert hem in dankbaarheid. “Hij was een vechter. Iemand die tot zijn laatste adem wist wat hij wilde en er ook voor ging. Een harde werker en zeer sociaal. Henry was af en toe een joker, altijd een leider en zeker niet op zijn mondje gevallen.”
Het hele artikel is te lezen in de maarteditie van Parbode.